Wmo

Wmo

‘Helpen is niet meer het goede motief voor sociaal werk’

Lilian Linders: ‘Het blijkt dat veel professionals vinden dat het hart van hun vak wordt uitgehold.’
Wmo
Met de handen op de rug

Met de handen op de rug

Motiverende gespreksvoering is enorm actueel nu de overheid steeds meer zelfredzaamheid verwacht van de burger. De veranderingen in het sociale domein vragen ook een andere houding van de professional.
Wmo
Waar je op moet letten bij je nieuwe zorghouding

Waar je op moet letten bij je nieuwe zorghouding

Voor veel zorgmedewerkers is het nog onduidelijk hoe je precies de nieuwe zorghouding in de praktijk moet brengen.
Wmo
‘Slaan we door met eigen kracht?’

‘Slaan we door met eigen kracht?’

De sociale diensten zijn te veel gericht op het uitdelen van sancties, alsof mensen die bijstand nodig hebben hufters, losers en fraudeurs zijn. Er heerst wantrouwen tegenover mensen die het echt nodig hebben. Dat constateert de Rotterdamse ombudsman Anne Mieke Zwaneveld. ‘De vraag is of sociale diensten niet doorslaan naar de andere kant van het sociale spectrum’, aldus Zwaneveld.
Wmo
‘Overheid gaat juist meer bemoeien en controleren’

‘Overheid gaat juist meer bemoeien en controleren’

Hoe meer taken de rijksoverheid overdraagt aan de gemeente, hoe meer ze zich zal bemoeien met hoe deze worden uitgevoerd. De geschiedenis leert dat decentralisatie leidt tot meer controle, toezicht, rapportages en monitors, waarschuwt hoogleraar Bestuurskunde Paul Frissen.
Wmo
‘De professional moet zich meer als gids gedragen’

‘De professional moet zich meer als gids gedragen’

De eigen kracht van burgers aanspreken kan alleen door de juiste gesprekstechnieken te gebruiken. ‘Professionals kunnen onbedoeld iemands motivatie negatief beïnvloeden door te gaan overtuigen of eigen oplossingen aan te dragen. De denkdruk moet minder bij de hulpverlener liggen en meer bij de cliënt’, zegt Peter Wesdorp.
Wmo
‘Wmo en Welzijn Nieuwe Stijl doen nog weinig voor cliënt’

‘Wmo en Welzijn Nieuwe Stijl doen nog weinig voor cliënt’

Beroepskrachten en vrijwilligers geloven in de uitgangspunten en doelstellingen van de Wmo en Welzijn Nieuwe Stijl. Maar in de praktijk hebben ze geen positieve resultaten voor cliënten of burgers gezien. Dit blijkt uit een peiling van onder 339 frontliniewerkers.
Wmo
‘Ik ben een geboren bemiddelaar’

‘Ik ben een geboren bemiddelaar’

Hoog insteken was bij haar thuis niet gebruikelijk. Toch werd José van Loo via een omweg trainer, pedagoog en mediator. Hoe mensen met elkaar omgaan in moeilijke situaties intrigeerde haar als kind al. Later specialiseerde ze zich in echtscheidingen. ‘Ik ben een geboren bemiddelaar.’
Wmo
Van Rijn: ‘Alle kritiek op mijn plannen neem ik serieus’

Van Rijn: ‘Alle kritiek op mijn plannen neem ik serieus’

De hervorming van de AWBZ raakt iedereen. Staatssecretaris Martin van Rijn is de aanvoerder van die grote veranderingsoperatie. Aan de vooravond van het nieuwe begrotingsjaar vertelt hij aan Zorg + Welzijn nog eens waar het hem om gaat. ‘Meedoen aan de samenleving is bepalend voor het welzijn van mensen.’
Wmo
'Maar zeg nou zelf

IQ is niet alles

In mijn werk krijg ik regelmatig te maken met jongeren die kampen met een licht verstandelijke beperking. Het lastige aan deze doelgroep is dat ze niet altijd een diagnose hebben meegekregen, gewoon omdat ze zelf hun beperking niet echt ervaren. En er vooral niets van willen weten.

Over wmo

Elke gemeente zijn eigen zorg en ondersteuning

Bijna 2 miljoen mensen krijgen zorg en ondersteuning, volgens de kerncijfers 2015 van het Sociaal en Cultureel Planbureau. Veelal uit het informele netwerk. Vanaf 2015 wordt zorg en ondersteuning vanuit de Wmo door gemeenten georganiseerd en gefinancierd. Uitgangspunt is dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. Dat heeft geleid tot werken in wijkteams, een woud aan pilots en veel discussie over Wmo.

Lees meer

Gemeenten worden sinds 1 januari 2015 geacht ervoor te zorgen dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. De gemeente geeft ondersteuning thuis via de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de ondersteuning van mensen die niet op eigen kracht zelfredzaam zijn.

Onderzoek naar de uitvoering van de Wmo

Uit onderzoek naar de uitvoering van de Wmo blijkt dat in 2016 de waardering voor wijkteams ietsje is gedaald naar van 6,7 in 2015 naar 6,6. De grootste problemen van de decentralisatie zitten nog steeds in het jeugdhulp. Een op de 5 Nederlanders vindt dat de decentralisaties goed uitpakken. 47 Procent heeft geen vertrouwen in de decentralisatie, vooral niet bij de uitvoering van de ouderenzorg. Dat blijkt uit een onderzoek van I&O Research. Vlak vóór 2015, voordat de Wmo en Jeugdwet overgingen naar de gemeente, gaf 54% aan geen vertrouwen te hebben.

Verschillende vormen van hulp en ondersteuning onder Wmo

Onder de Wmo vallen verschillende vormen van hulp en ondersteuning. Het gaat bijvoorbeeld om: begeleiding en dagbesteding; ondersteuning van mantelzorger; beschermde woonomgeving voor mensen met een psychische stoornis; opvang in geval van huiselijk geweld en mensen die dakloos zijn. Maar ook om ondersteuning die past bij persoonlijke situatie van de cliënt die een zorgvraag heeft. Iedere gemeente organiseert de toegang tot ondersteuning op zijn eigen manier. Sommige gemeenten kiezen voor het Wmo-loket. Veel gemeenten kiezen sociale wijkteams waar mensen terecht kunnen met hun hulpvraag. Wat het wijkteam precies doet, verschilt per gemeente. De gemeente kan onder voorwaarden een persoonsgebonden budget (pgb) geven. Met een pgb kan de cliënt de ondersteuning zelf kiezen en inhuren.

Meldt iemand zich bij de gemeente met het verzoek om ondersteuning, dan moet de gemeente onderzoek doen naar de persoonlijke situatie. Vooral over dat onderzoek naar de hulpvraag van de cliënt via het zogenoemde “keukentafelgesprek” is veel discussie geweest vanaf het begin van de decentralisatie in 2015. De keukentafelgesprekken leidden tot veel klachten en tot gefrustreerde cliënten en mantelzorgers. Daar is zeker door gemeenten, zorg- en welzijnsorganisaties en door sociaal werkers van geleerd.

Decentralisatie in de Wmo

De decentralisatie van zorg en ondersteuning in de Wmo heeft een fase van ontwikkeling doorgemaakt. Dat heeft ook geleid tot flinke discussies in de diverse gemeenten over hoe de Wmo vorm te geven. Het heeft ook geleid tot experimenten, pilots die opkomen en net zo snel weer afvallen. Het heeft geleid tot ketenzorg en samenwerking, en zorg dichtbij de cliënt. In dit dossier vind je artikelen die weergeven hoe de discussie is gevoerd en waartoe de transitie heeft geleid. Met alle voors en tegens en ontwikkelingen in de zorg en ondersteuning voor burgers en kwetsbare mensen.

Wmo-cijfers

Tot slot nog een paar cijfers uit de publicatie in april 2017 van I&O Research: De professionele hulp en begeleiding worden door zorggebruikers in 2016 met een 7,4 gewaardeerd, dat was een 7,7 in 2014. Een op de tien mensen geeft een onvoldoende aan de geboden hulp. De belangrijkste redenen zijn de lange wachtlijsten (57%), niet goed luisteren naar de hulpvrager (50%) en niet goed samenwerken tussen organisaties (43%).

DELEN
Vorig artikelZelfredzaamheid
Volgend artikelLVB
Mark van Dorresteijn
Lorem ipsum dolar sit amet.